Overslaan en naar de inhoud gaan
Documentnummer 1428-556, laatst bijgewerkt op 3 april 2023, periode 1743

26 september 1743

Vindplaats van het origineel

Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1428, Charterverzameling Tilburg (en Goirle, Berkel-Enschot en Udenhout), inv.nr. 556

Samenvatting oorkondetekst

Uitspraak door Raad en Leenhof van Brabant en Overmaze inzake een geschil over de schulden van Pieter Jan van Iersel. 

Transcriptie

D'Eerste Presiderende ende andere Raaden van den Raade en Leenhove van ǁ Braband ende landen van Overmaze, Allen officieren, dienaren van justitie ofte hunne stedehoude ǁ ren, ende ondersaten onder de jurisdictie van den voorn. Raade resorterende, die deesen sullen mogen aan ǁ gaan, Saluijd, wij hebben ontfangen de supplicatie van Pieter Jan van Iersel innehoudende, hoe dat ǁ hij suppliant door de slegte en neerlingloose tijden, soo verre ten agteren is geraakt, dat hij niet in staat ǁ zijnde zijne crediteuren met die promtetude te voldoen, als hij wel wenschte, en deselve van hem komen te ǁ vorderen, mitsdien te dugten is dat hij door d'eene voor, en d'andere na in regten sal werden betrokken ǁ en dus alles in costen geconsumeert, soo als bereijts de weduwe Abraham Ten Cate en van Horsten in ǁ compagnie, Jacob van Hoogvelt de Jonge, Johan van Horsten en soon, mitsgaders de weduwe Willem ǁ en W. Verrijk, alle cooplieden te Amsterdam op abusive middelen mandament van arrest, met de clausule ǁ peenaal van deesen Raade hebben versogt en geobtineert, uijt kragte van welke den suppliant dan ook ǁ gedagvaart is jegens de Rolle welke op woensdag den 25 deser maand september voor desen Raade en ǁ Leenhove staat gehouden te werden, mitswelke soo keerde den suppliant hem aan ons in den gemelde Rade en Leenhove ǁ (soo hij seijde) versoekende onse opene brieven van cessie addresserende aan wethouderen van Tilburgh, ǁ met de clausule van Edicte in deesen dienende, Doen te weetene, dat wij desen aangesien mits voor ǁ onse lieve beminde wethouderen van Tilburgh voornoemt geroepen en gedagvaart zijnde bij eenen van onse ǁ deurwaarders alle des suppliants crediteuren bij hem te noemen ofte in geschrifte over te geven en andere ǁ die daar omme behooren geroepen te zijn, om bij den suppliant bekennende alle de voors. zijne schulden, ende ǁ ook verklarende ende te voorschijn brengende alle zijne goederen, mede affirmerende, onder eede geen van ǁ deselve goederen versteken, ofte verweerlooft te hebben, in fraude ofte in prejuditie van zijne crediteuren ǁ den selve suppliant in dien gevalle admitteren, en ontfangen om de voors. cessie van zijne goederen ǁ tot behoeff van zijne crediteuren te mogen doen, alsoo dat na forme ende ordre van regten behoort, ǁ mits dat den suppliant gehouden word, deesen onse jegenwoordige brieven voor de voorschreve wethoude ǁ ren van Tilburgh in persoone te presenteren binnen twee maanden naast komende, ende het intereniment ǁ daar aff aldaar te versoeken Ende voors. cessie in der manieren als boven gedaan zijnde, den suppliant al ǁ omme onbekommert laat gaan, en converseren om de sobere kost en nootdruft te winnen, hem ontslaat ǁ ofte doet ontslaan uijt den arreste ofte gevankenisse indien hij ter saake van de voorschreve schulden, ǁ gearresteert ofte gevangen waare sonder deselve ter saake van dien meer te doen, laaten off gedogen, ǁ te vangen, arresteren, commeren ofte beletten in zijn persoon, in eeniger manieren, dan alleenlijk voor ǁ penningen en schulden de gemeene saake ofte lande, aangaande niet tegenstaande eenige geloften ofte ǁ landregten ter contrarie, behoudelijk ook dat deese onse brieven van cessie geen plaatse en sullen hebben, ofte ǁ effect sorteren tegens bekende schulden, gepasseert voor schepenen ofte wethouderen van eenige steeden, ǁ ofte gepreviligeerde plaatsen, nog insgelijks tegens sententien gegeven in kragte van gewijsde ten waare ǁ nogtans dat den suppliant tot armoede gekomen waare bij ongeval, zonder zijn schuld, ofte toe doen, Ende ǁ oft gebeurde dat den suppliant, naarmaals tot beeter gelegentheijt van goede geraakte te komen, hij als ǁ dan gehouden sal wesen zijne crediteuren te contenteren ende vernoegen naar zijne magt, verstaande ǁ en ordonnerende dat den voorn. deurwaarder ofte exploictier van zijne relatie hier aan te hegtene de voorsz. ǁ wethouderen wel ende getrouwelijk relatere t' geene des bij hem deesen aangaande sal wesen gedaan opdat ǁ zijlieden daar naar mogen weten hen te reguleren, deselve wethouderen voorts ontbiedende (daartoe commit ǁ terende bij deesen) dat zij partijen in de voors. saake gehoort, goed, kort, en onvertogen regt doen, en expeditie ǁ van justitie, soo ende gelijk zij in conscientie bevinden sullen te behooren, authoriserende den voors. deurwaarder ǁ in cas eenige van des suppliants voors. crediteuren haar soude mogen onthouden buijten onse jurisdictie ǁ van Braband, het selve exploict te doen aan haare procureurs, fracteurs, ende ondervinders haarde saaken ǁ indien zijlieden eenige onder onse jurisdictie zijn hebbende, Ende indien niet bij openbare edicte, en uijtroepin ǁ ge ter naaster plaatse hunder residentie, ende ter plaatse daar men gewoon is publicatie en uijtroepinge ǁ te doen welk exploict gehouden sal werden van sulken magt en waarde als ofte aan hunne eijgene personen ǁ gedaan waren gegeven in s'Gravenhage onder den zegel van den gemelde Raade hier aan doen hangen den 26e ǁ september seventien hondert drie en veertig ǁ Bij d'voors. Eerste Presiderende ende andere Raaden

 

[*] de Kempenaer ǁ 1743

 

Linkermarge:

Loeff

Cessie

 

Hoijer president