Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1428, Charterverzameling Tilburg (en Goirle, Berkel-Enschot en Udenhout), inv.nr. 339.
25 januari 1738
Akte van aanstelling door drossaard en schepenen van de heerlijkheid Tilburg en Goirle van Johan Roessing tot procureur.
Wij drossaart, ende schepenen der heerlijckheeden ǁ [va]n Tilborg ende Goirle gesien ende geexamineert hebbende de requeste aan haar ǁ [***]u gepresenteert bij ofte van wegens Johan Roessing, innehoudende dat hij suppliant ǁ sig eenige tijt inde practijck alhier heeft geoeffent en sig gairne daer in verders wilde ǁ oeffenen, ende dienthalven aan ons versoeckende, dat hem suppliant met het procureurs ǁ ampt voor deesen geregten geliefden te begunstigen, en daar van te verleenen commissie in ǁ forma. meede onderregt van sijn bequaamheijt, ent goet rapport van hem gedaen, als ǁ sijnde ook van de waare gerefformeerde religie, allen't welcke bij opgemelte drossaart ǁ ende schepenen geexamineert, ende geconsidereert sijnde stellen aan, ende admitteeren ǁ gelijck deselve aanstellen, en admitteeren mits desen, den voorn. Johan Roessing tot ǁ procureur in plaats van den overleden procureur Cornelis Cloostermans, om voor deese dingbanke ǁ te postuleeren, ende den last van alle saaken, ende differenten voor de geenen dien hem des[***] ǁ requireren, in sijnen dienst oordeelen noodig te hebben getrouwelijck waar te neemen, ende protequeeren ǁ ook geen saaken met sijnen voorweeten tegens de regten, costuijmen, placcaten en ordonnantien ǁ deeser landen, strijdig aan te neemen tot vexatien van een ander, maar alles eerst naarstig ende ǁ behoorlijck ondersoecken, ende ongefondeert, en strijdigh tegens 'tgunt voors. vindende van de hant ǁ te wijsen, ook alles maar onder eenen redelijcken salaris, en ten opsigte van dien sig onderwerpende ǁ de taxatie van den geregte alhier, mitsgaders der selver resolutien , ordonnantien, en beveelen naar te komen ǁ en observeeren, en haar ook schuldig respect bewijsen, mitsgaders sig in alles te gedragen, ende quijten, gelijck ǁ een eerlijck ende getrouw procureur schuldigh ende gehouden is te doen, ende wort hem Johan Roessing ǁ gelast te doen den behoorlijcken eed van getrouwigheijt, twelck gedaan sijnde wert eenen igelijcken ǁ mits desen geordonneert en voor soo veel ons aangaat gelast den voorn. Johan Roessing voor procureur ǁ alhier te erkennen ende respecteeren, ende hem int geene voors., ende dit sijn ampt aangaande vrij ende ǁ onverhindert laten verkeren, ende hem des noots ende versogt sijnde, de hulpsame hant te bieden, ende dit ǁ alles tot wederseggen, want wij sulcx ten dienste van een ider die des requireert bevonden hebben alsoo te behooren. ǁ Actum in ordinaere vergadering den vijff en twintigsten januarij seventien hondert acht en dartigh, ǁ ende heeft den voorn. Johan Roessing in dito vergadering den behoorlijcken eet hier op affgeleijt aan handen ǁ van de heer Diderick Ulaus president ten overstaan van heeren schepenen Bles, van Asten, van Meurs, et ǁ Tienemans de welke deese met het gemeen heelijckheijts zegel hebben doen besegelen, ende door de signature ǁ van onsen secretaris laten onderteeckenen. ǁ
In margine:
Onder zegel: onleesbaar ǁ Althoffer ǁ 1738 ǁ
In dorso:
Commissie ǁ voor ǁ Johan Roessing ǁ als procureur der ǁ heerlijckheeden van ǁ Tilburg ende Goirle, ǁ inne dato 25e januarij ǁ 1738 ǁ Aanstelling tot ǁ procuteur ǁ van Johan Roessing ǁ