Vindplaats van het origineel
Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 3167, Charterverzameling Oosterhout, inv.nr. 80.
11 februari 1710
Samenvatting oorkondetekst
Akte van transport voor schepenen van Oosterhout, door Henderick Jans Vermolen, armmeester, Maria Aertsen en Reinier Crouwers, haar man, aan Hendrick Mathijssen van Roij tot Teteringh. Van een huis, met zaai- en heijlant gelegen Ter Aelst en zaailand gelegen int Blicq.
Transcriptie
Compareerde voor Dirck Ruijssenaers (loco pretoris) ende ǁ Adriaen vanden Kuijp en Johan Cop schepenen binnen de vrijheijt ǁ Oosterhout, Henderick Jans Vermolen in qualiteijt als ǁ
gewesen armmeester aen het west quartier deser vrijheijt,ǁ s'jaers 1709 ende Maria Aertsen van Riethoven ǁ geassisteert met Reijnier Crouwers haren man, als haren ǁ gekoren voogt in desen, ende hebben verkogt met ǁ consent ende overstaen van schouteth ende schepenen alhier ǁ
Hendrick Mathijssen van Roij tot Teteringh (ten behoeven van ǁ die geene, die bevonden sullen werden daer toe regt te hebben) Eerstelijck ǁ een huijsken met drie loopensaet sessenveertigh roeden saeij ende ǁ heijlant daer aen behoorende gestaen ende gelegen Ter Aelst, oost, west,ǁ
en noorden, s'heeren vroente, de straet suijden, vrij preter heeren chijns ǁ Item drie lopensaet en negen roeden saeijlants, als voor int Blicq aldaer ǁ Jan Nuijten erffgenamen oost, en noorden s'heeren vroente ende Mattijssen ǁ erffgenamen west, Adriaen Hoevenaers erffgenamen suijden en Peeter Jacobs van Trier noorden, vrij als voor, naergelaten bij Anthonij Aertsen van ǁ Rijthoven, waterlaten schouwen, wegen stegen, en alle verdere nabure ǁ regten bij den voornoemden coper te hebben, gedoogen en te onderhouden ǁ als van outs ende regtswegen behoort, ende is hij coper daer inne gevest,ǁ ende geerft met vonnis ende met regt, soo dat het hem coper seecker ǁ
ende vast is behoudelijck dat hij coper daer van sal moeten doen, ǁ geven, ende betalen alle lasten, schooten, looten, ende contributien,ǁ ende voorders onderhouden alle naburs regten deser vrijheijt Oosterhout,ǁ aldus gedaen, en gepasseert desen elffden februarij een duijsent ǁ
seven hondert ende tien ǁ Is voor 40e penningh en tiende verhooginge volgens quitantie van dato ǁ
5e deser betaelt vier gulden dertien drie stuijvers en twaelff penningen ǁ quod attestor ǁ A. van Gils secretaris ǁ 1710 ǁ
In margine:
J A Poell ǁ [***] ǁ
In dorso:
Vestbrieff ǁ voor ǁ Hendrick Matijssen ǁ van Roij tot Teteringh ǁ in dato 11e februarij ǁ 1710 ǁ