Vindplaats van het origineel
Tilburg, Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 2649, Charterverzameling Geertruidenberg en Raamsdonk, inv. nr. 153.
8 april 1737
Samenvatting oorkondetekst
Akte van overdracht door mr. Jan Cristiaen Swaan, heer van Poederoijen, en zijn vrouw Elisabeth Cornelia Etzerda Swaan, geboren Chenel, aan de heilige-geestarmen van land, genaamd het groot verlaet, gelegen te Raamsdonk.
Transcriptie
Wij Simon van Son Schout, Pieter van Raamsdonk ende Johan Abberdaan, schepenenǁ der ambagts Heerlijkheijt van Raamsdonk, oirconde ende kennen dat voor ons gekomen en gecompareert ǁ is, d’Heer en meester Jan Cristiaen Swaan Heere der hooge en vrije Heerlijkheijt Pouderoijen, zoo voor zig zelve ǁ ende als Last en procuratie hebbende van desselfs Huijsvrouwe, mevrouwe Elisabeth Cornelia Etǁzerda Swaan geboore Chenel vrij vrouwe der Heerlijkheijt pouderoijen voornoemt, volgens procuratie geǁpasseert voor Schepenen van pouderoijen voorsz. in dato den 30e meert 1737. gelezen, ende alhier ten ǁ registere geregistreert, dewelke verklaerde met een vrije gifte over te geven als regt is, aen schout en ǁ geregte van Raemsdonk, ten behoeve vanden Heiligen Geest armen van Raamsdonk, een parthije landts ǁ genaamt het groot verlaet gelegen alhier, belent ten oosten den Heer van Raamsdonk, west de donga, ǁ zuijden den distelbosch, en noorden 't zuijde gat, zijnde los en vrij preter S'Heeren chijns, en sevenǁendertigh gulden tien stuijvers jaerlijx inde verpondinge, Ende voorts met zoodanige wegen, Stegen, ǁ Schouwe, laijen, active en passive servituijten, als het voorsz. lant eenigsints hebbende, ofte ǁ subject is, Ende bekende den Heer transportant vanden coop en overgifte dezer met de Somme van ǁ ses duijzent vijff hondert gulden in contant gelt voldaen en betaelt te zijn, den laesten met den ǁ eersten penningh, belovende den Heer transportant ondert verbant als naer regten ’t voorsz. getransǁporteerde Lant altoos tot heden toe te zullen vrijen en waren van alle verhole commer, calange, ǁ ende aentael als namaals bevonden mogte werden daer op te staen. Actum dezen 8e April 1737. ǁ In teeken der waarheijt hebben Schout en Schepenen deze met Dorps Zegel laten bezegelen ende ǁ bekragtigen hier onder uijthangende. ǁ
In kennisse van mij.
T. Hoevenaer. secretaris ǁ Den LXXXe penning bedraagt (alzoo den ǁ armen voor de helft vrij is)- 81:5:0 ǁ Xe verhooginge 8:2:8 ǁ Solvit f 89:7:8 ǁ
In dorso:
Numero 6 ǁ giftbrieff. ǁ voorden ǁ Heilige Geest armen van Raemsdonk ǁ t’Groot Verlaat ǁ