Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1428, Charterverzameling Tilburg (en Goirle, Berkel-Enschot en Udenhout), inv.nr. 346
15 juli 1706
Akte van uitgifte, gepasseerd voor schepenen van ‘s-Hertogenbosch, door Johan de Cassemajor als gemachtigde van Johan baron van Leefdael, heer van Deurne, rentmeester van de geestelijke goederen, aan Bartholomeus Heijcants, te Tilburg, van een hoeve met landerijen, gelegen aen den Nieuwen Molen in Tilburg, voor een erfpacht van 74 gulden en 10 stuivers.
Wij Rutger Tulleken ende Matthias de Vlamingh schepenen inne s'Hertogenbosch, maecken ǁ kennelijck, dat voor ons persoonelijck is verscheenen Johan de Cassemajor inden naeme vande Heer Johan Baron ǁ van Leeffdael, Heere van Deurne, tot het naervolgende gemechticht bij schriftelijcke authorisatie de dato den vijftienden ǁ Julij seventien hondert ende sess, de Heer Johan Baron van Leeffdael als rentmeester vande geestelijcke goederen alhier ǁ inden naeme ende gemechticht tot het naervolgende van haer Edele Mogende de Heeren Raeden van Staete der Vereenichde ǁ Nederlanden bij appoinettementte gestelt op seeckere requeste luijdende de voors. requeste ende appoinettementte als volght aende Edele Mogende ǁ Heeren Raeden van Staten der Vereenichde Nederlanden, geeft ootmoedelijck te kennen Bartholomeus Heijcants woonende ǁ tot Tilborgh Meijerije van s'Hertogenbosche, hoe dat tot Tilborgh is gelegen een Slandts Hoeve, waer aen sijn gehoorende veele ende ǁ verscheijde stucke heijvelden, onder de administratie vanden Rentmeester den Heere van Deurne, van welcke haeren ǁ affgetrocken de reparatie der huijssinge ende dorpslasten, heel weijnich profeijt voor den lande is komende, ǁ gemerckt mede, dat de huijssinge heel vervallen is, ende met grootte kosten t'en eersten moet werden gerepareert ǁ ende alsoo den suppliant wel genegen soude wesen de heij ende leedige landen te beplantten, Soo versoeckt den suppliant ǁ dat U Edele Mogende hem de voors. hoeve met de landerijen daer toe gehoorende, gelieven over te geven in eenen erffelijcken ǁ pacht, Soo ende gelijck de selve thien jaeren door den anderen tot profeijt vanden landen heeft opgebracht ǁ daer toe U Edele Mogende resolutie affwachtende, t'welck doende etcetera, was ondertekent Victor Breij, in margine stont, sij ǁ dese gestelt in handen vanden Rentmeester den Heere van Deurne omme te berichtten, Actum den 16e December 1704, was geparapheert ǁ Adriaen van Borsele tot Geldermalsen rentmeester ende saeger ter ordonnantie vanden Raedt van State getekent S. van Slingelant, noch ǁ sager, den raedt heeft nae deliberatie goet gevonden ende verstaen, t'accordeeren het versoeck, bij dese nevensgaende requeste ǁ gedaen, onder conditie, dat den suppliant op sich sal nemen alle de lasten, soo ordinaris, ende in pacht conditien ǁ van s'lants hoeven begrepen, als extraordinaris, die noch souden mogen opcomen, wordende den Rentmeester den Heer van Deurne ǁ geauthoriseert tot het uijtgeven vande hoeff en heijlanden bij requeste vermelt in erffpacht op de conditie daer in ver ǁ melt, Actum den twaelffden Junij 1705, was geparapheert Johan van den Bergh rentmeester en sager ter ordonnantie vanden Raed van ǁ State in absentie vanden secretaris getekent en IJssac, ende uijt crachtte der machtte gemelte heere Rentmeester, daer bij ǁ gegeven ende verleent de hoeve ende heijlanden ende velden hier boven gemelt, heeft hij mits desen wettelijck ende erffelijck ǁ uijtgegeven aen den voors. Bartholomeus Heijcants woonende tot Tilborgh voors., in erffpacht, voor de somme van vierent ǁ seventich gulden ende thien stuijvers jaerlijcx vrij gelt, ingevolge de voors. schriftelijcke authorisatie vande voors. ǁ heere Rentmeester in dato als boven, ende heeft helmelingh daerop vertegen in maniere indien gewoonelijck sijnde ǁ gelaetende in qualiteijt voors. van s'Lants wegen het voors. erffpacht uijtgeven altijdt voor goet, vast stedich ende van waerden ǁ sal houden, des heeft den voors. Bartholomeus Heijcants acceptant, ende hier mede compareerende, gelooft eenen jaerelijcken ǁ ende erffelijcken pacht van vierentseventich gulden, ende thien stuijvers vrij gelt te leveren en te voldoen ende betaelen ǁ alle jaer erffelijck ten comptoire vanden gemelte heere Rentmeester ende voor den eersten termijn van betaelinghe ǁ op Kersmis XVIIc ende seven, ende soo voorts van jaere tot jaere, daer voor verbindende de voors. uijtgegeven hoeve ǁ ende heijlanden ende landerijen, mitsgaeders eene stede gelegen aen den Nieuwen Molen met ontrent drijent'wintich ǁ loepensaet, soo saie als weijlant onder Tilborgh gelegen, ende verders sijnen persoon ende alle sijnne goederen present ǁ ende toecomende, inne kennisse der waerseijt, soo hebben wij schepenen voornoemt , onsse segelen, hier onder ǁ aen doen hangen, gegeven den vijftienden Julij seventien hondert ende sess
Secretaris Q. Crollius
Linkermarge:
Cooppenningen 74:10:0 jaerlijcx ǁ in capitael: 1962:10:0
80e penning23:5:10 ǁ 10e verhoog 2:6:2 ǁ 25:12:02
Dorsale aantekening:
Deese alhier geregistreert ǁ ter secretarije van Tilborgh ǁ den 6 October 1717
den erfpagt hier inne gemelt ǁ belopende vier en seeventig guldens ǁ tien stuijvers jaarlijcx is aan het comp ǁ toir van den rentmeester Tengnagel ǁ afgelost zijnde ten prothocolle ǁ gecasseert op den 18 Novem ǁ ber 1765
Frans van Heurn ǁ Secretaris in Buscoducis
Opdracht bij erffpacht uijt ǁ gevinge van seeckere hoeve ǁ lants gelegen onder de heere ǁ lijckheijt van Tilborgh, voor ǁ seigneur Bartholomeus Heijcants ǁ voor eene jaerelijcke pacht ǁ van vierent'seventich gulden ǁ thien stuijvers, ten comptoire ǁ van den Heere van Deurnne.
ontfangen bij mij ondergeschreven ǁ geauthoriseerde van de heer Raed en ǁ Rentmeester Gansneb genaamt Tengna ǁ gel uijt handen van Gijsbertus Backx, ǁ rentmeester tot Tilborg eenen somme ǁ van twee duijsent vierhondert drie ǁ en tachentig guldens ses stuijvers ǁ en elff penningen in voldoeninge van het ǁ capitaal van vier en seven den erffpagt ǁ van vier en seventig gulden en tien ǁ stuijvers in het witte deeses gemeld, ǁ mitsgaders twee en sestig gulden ǁ een stuijver en elff penningen ter voldoe ǁ ninge van het capitaal van het ǁ [***] van dien consenterende ǁ mits dien in de cassaten ten protho ǁ colle, Actum s'Hertogenbosch den ag ǁ tiende November 1700 vijffensestig
C. Werster