Overslaan en naar de inhoud gaan
Documentnummer 2324-0093, laatst bijgewerkt op 17 juni 2025, periode 1623

5 december 1623

Vindplaats van het origineel

Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 2324, Charterverzameling Drimmelen (en Made, Hooge en Lage Zwaluwe en Terheijden), inv.nr. 93.

Samenvatting oorkondetekst

Akte van borgstelling voor schout en schepenen van 's-Gravenhage waarin Hans Wolfert van Brederoode, heer van Brederode, Vianen en Vianden verklaart zich borg te stellen voor Wilhelm Adriaen de Hornes, banierheer van Kessel en Woestwesel. De borgstelling betreft de verplichting dat de door de kopers beloofde kooppenningen, voor zover deze de kinderen van Wilhelm Adriaen de Hornes aangaan, besteed zullen worden aan de aankoop van andere landerijen of renten op goed en voldoende onderpand.

Transcriptie

Wij schoudt , burgemeesteren, schepenen, ende regierders van 's Gravenhaege.  Oirconden eenen ijgelicken ǁ ende certificeren bij deesen, dat wy op huijden date ondergeschreven gesien , gehandelt ende gelesen hebben, seckere originele acte ǁ van cautie van heer Hans Wolfert van Brederoode heere tot Brederoode Vianden ende mitsgaders seeckere naerdere verclaringe ǁ ofte interpretatie daeronderaen staende sijnde respective geschreven in pampier ende wesende gave gave ongeraseert ǁ ende ongecanseleert , luijdende van woorde te woorde ende sijnde geteijckent  ende bezegelt als volcht. (Wy Hans ǁ Wolfert van Brederoode heere tot Brederoode vrijheere tot Vianen Amende Noordeloos, de landen van Vossel ǁ Burchgrave tot Utrecht ende verclaren ons te hebben gestelt ende alsnoch te stellen bij desen, borge onder behoorlijcke renunchiatie ǁ vande benefitien ordinis ende excassionis voor heer Wilhelm Adriaen de Hornes Baender heere van Kessel Woestwesel ǁ ende ten behoeve vande respective coopers van de landen gelegen in de Hooge Swaluers  genaemt heer Otten Gors van ǁ dat de cooppenningen bij haer respective belooft voor de voors. landen (voor soo veel aengaet de perthijen daer inne ǁ competerende de kinderen vanden welgemelten heere van Kehsel wederomme ten behouve van de selve kinderen ǁ sullen werden aengeleijt aen coop van landen off renten op goet vast ende souffisant hypoteeque ende bij ǁ faulte vandien de selve cooppenningen te restitueren aende voors. respective coopers. Alles in conformite ǁ van seeckere acte van den Hove van Hollandt opt versoeck van den voors. heere van Kessel verleendt in date ǁ den XXVIIe julij XVIC twintich mitsgaders seckere acte van namptissement van den selven hove, in date ǁ den XVIIIe marty XVIC twee ende twintich hier onder verbindende onsen persoon ende goederen stellende ǁ de selve tot bedwanck van allen rechten ende rechteren te orden sijnde, dat een vidimus van deser zal ǁ sijn van zoodanigen crachte als dese principale die wy met onse handt ende cachet hebben bevesticht ǁ Actum den Xe aprill XVIC tweentwintich ende was ondertekent Wolffert de Brederoode hebbende een ǁ opgedruckt cachet in rooden wassche ondertekendt wij verstaen dese bovengestelde cautie plaetse te ǁ grijpen voor de drie termijnen van heer Otten Gors ende dat ten behouve van alle de coopers geen uuytgesondert. ǁ Hage desen XXIIe november XVIC drie ende twintich.  Ondertekent Wolffert de Brederoode sijnde mede ǁ gecachetteert als boven. Des ten oirconde t'gemeen segel ten saecke van s' Gravenhaege voors. hier onder ǁ aengehangen. Opten vijffden decembris XVIC drie ende twintich. ǁ A. van Zuijdervliet ǁ

 

In dorso:

Ontfangen bij mij ondergeschreeven als procuratie ǁ hebbende van den heere Baron van Kessel ect ǁ handen van Adriaen Willems en Laeck [***] ǁ tot Leijden opten XIIIe januari.  1620 de somme ǁ van zes hondert vijff en twintich gulden elff ǁ stuvers twaelf penningen mitsgaders hondert ǁ veertich gulden veertien stuvers twaelf penningen ǁ hier ontvangen  ende vieren twintich gulden  vier  ǁ stuvers twee penningen [***]  ǁ den eersten termijn  [***] vuyt handen coper van ǁ 't hyp[***] XVIC twee ǁ ende twintich [***] van zeshonderrt vijff ǁ ende twintich gulden elff stuvers twaelff penningen ǁ w[***] den tweeden termijn ende als ǁ XVIC vierentwintich uijt handen [***] ǁ G. Fockestaet 1621 ;  Een partije landt  de heer Otto Gors Swaluwe  Suijt Hollandt ǁ

 

Opdracht brieff van  twee bunderen  ǁ 224 roeden lants met ende de twaelffde welck op heer ǁ

Otten Gors onder deHooge Swaluwe ten behoeve  ǁ van Adriaen Willemssen in date den 23 maert 1620. ǁ