Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1432, Charterverzameling Loon op Zand, inv.nr. 33.
14 mei 1661
Schuldbekentenis voor schepenen van Bokhoven, door Engelbert Cornelis Stooters van Enckefort, drossaard en rentmeester van Bokhoven, gemachtigd door Thomas Ignatius van Immerselle, graaf van Bokhoven, aan Ariaen Luijcas Geertsen, van een bedrag van 4000 karolus gulden tegen een jaarlijkse erfrente van 200 karolus gulden.
Engelbert sone Cornelis Stooters van Enckefort drossaert ende rentmeester deses vrije graeffschaps Bochoven gebruijckende de last, cracht ende macht ǁ hem gegeven bijden weledele ende hoochgeboren heere Thomas Ignatius van Immerselle grave van Bochoven voors. naer inhout van acte van ordonnantie ende procuratie ǁ van date XIen meije 1661 onder de signature ende grooten cachette vanden welgemelden heere grave luijdende aldus: Wij Thomas Ignatius van Immerselle grave ǁ van Bochoven ende des heilige roomsch rijcx, borchgraeff der stadt ende lande van Delft, vrijheer van Immerselle ende Wommelgem heere van Loon Izegem ǁ Haveluij, den Hout etcetera, doen te weten dat wij wittelijck geconstitueert ende machtich gemaeckt hebben, gelijck wij wittelijck constitueren ende machtich maecken ǁ mits desen, meester Engelbert Stooters van Enckefort drossaert ende rentmeester van onsen graeffschappe van Bochoven, gevende den selven volcomen macht, ǁ authoriteijt ende sonderlinge beveel om in onsen naeme ende van onsen t'wegen te compareeren binnen der stadt s'Hertogenbossche ofte elders daer hem dat ǁ goetduncken sal ende aldaer tot onsen behoeve te lichten ende te negotieren een somme van vier duijsent guldens capitaels etcetera ende dat op soodanighen interest t'sij ǁ tegens vier, vier ende een halff oft meerderen interest van elck hondert jaerlijcks den tijt van vier oft vijff jaren daer aff te vergelden daervoor oft van ten ǁ behoeve vande persoon oft persoonen die de voorgemelde capitaele somme van vier duijsent gulden sullen comen te furneren, voor schepenen ofte ende wethouders ǁ van onsen voors. graeffschappe van Bochoven behoirlijcke schultbrieff, oft ander bescheet te verlijden ende te passeren op verbant van onsen persoon ǁ ende alle onse erffgoederen die ons onder t'voors. graeffschap sijn toebehoirende egeene van dijen uijtgescheijden etcetera heeft alsoe wittelijck ende erffelijck ǁ geloeft ende verkocht gelijck hij geloeft ende vercoopt mits desen aen Ariaen sone Luijcas Geertsen een jaerlijcke ende erffelijcke lossrenthe ǁ van tweehondert carolus guldens t'siaers iederen gulden tot XX stuijvers gerekent, van ende uijt sijne hoochgemelde genade erffgoederen ǁ gelegen onder sijnen voors. graeffschappe van Bochoven jaerlijcks te vallene ende te betaelene vrije van alle lasten opgeseth oft opgeseth te worden ǁ den veerthiensten meije als voor ierst den XIIIIe meije XVIC tweentsestich ende soo voorts van jaere tot jaere, verthijende opde voors. rente ǁ alsoe helmelingen ende gelovende dit voors. onderpant altijt weldoogende te sullen houden voorde voldoeninge deser rente, daer onder verbindende ǁ mijns voorgemelde heere grave persoon ende goederen etcetera mits conditie dese rente altijt sal mogen ende moeten gequeten worden naer d'exspiratie ǁ van vijff jaren met een somme van vier duijsent gelijcke carolus guldens in specie van rijcxdaelders tot twee gulden X stuijvers t'stuck oft ducatons ǁ t'stuck tot drie gulden drie stuijvers mits d'afflossinge drie maenden te voren te kennen gevende, getuijgen waeren hier over Jan Adriaens ǁ Reder ende Dierck Janssen, schepenen deses graeffschaps, die d'originele acte van procuratie hier voor vermelt, onderteekent ǁ ende gecachetteert mette signature ende cachette van sijne genade mijn heer de grave van Bochoven hebben gesien ende gelesen ǁ in oirconde hebben de gemeijne schependoms segele dese onder doen aenhangen. Gegeven den XIIIIe meije anno XVIC eenentsestich. ǁ Engelbert Stooters van Enckefort secretaris ǁ 1661 ǁ
In dorso:
Numero 41 ǁ Achtersijde:Renten ǁ van ǁ den graeff van Bochoven ǁ IIC gulden s'Jaers ǁ V. ǁ te doen casseren tot Bouchoven ǁ Wij ondergeschreven kent mits desen ǁ van den rentmeester Gijsels wegens den ǁ hoog edele grave van Bouckhoven van het capitael ǁ van vierduijsent guldens int netto deser ǁ gemelt ten wesen voldaen, consenterende ǁ mits dijen inde cassatie deser ten registre ǁ actum [***]10e october 1710 de weduwe ǁ Andries van ǁ Emmerick ǁ De post ten registre gecasseert desen 17 september 1711 B. Gijsels ǁ 1711 ǁ Rembourssement de 4000 florijnen ǁ à maddemoiselle van Emmerick ǁ 10 octobre 1710 ǁ