Overslaan en naar de inhoud gaan
Documentnummer 1431-100, laatst bijgewerkt op 30 april 2024, periode 1672

27 maart 1672

Vindplaats van het origineel

Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1431, Charterverzameling Hilvarenbeek (en Diessen), inv. nr. 100.

Samenvatting oorkondetekst

Schuldbekentenis voor schepenen van Hilvarenbeek door het corpus van Hilvarenbeek aan Peter Sebrechts, voor een bedrag van 600 karolus gulden. 

Transcriptie

Wij Tielman [Le]mnius, Gaeraert van Diessen, Gerraert Helselmans, ende ǁ
Mattheus Stalpaerts schepenen der vrijheijt van Hilvarenbeeck, mede tot desen volcoomen ǁ last, macht ende procuratie hebbende, van geswoorens, bedesetters, kerck, ende heijǁlige geestmeesteren, respective beneffens ons representeerende het gemeijne corpus van ǁ Hilvarenbeeck, volgens acte ende procuratie daer van sijnde, in dato den vijff ende ǁ twintichsten meert deses jaers XVIC twee ende tseventich, ende specialijck mede uijt ǁ crachte van opene brieven van octroij van haer edele mogende d'heeren raden van staten ǁ
der Vereenichde Nederlanden, wesende van dato den achsten februarij XVIC negen ende ǁ tsestich, aende regeerders van Hilvarenbeeck verleent, bekennen mits desen, ten beǁhoeve van het gemeijne corpus van Hilvarenbeeck ontfangen ende opgenoomen te ǁ hebben uijt handen van Peter Sebrechts, tegenwoordich oock schepen alhier, eene somme ǁ van ses hondert carolus guldens, ten prijse van twintich stuijvers ijderen carolus gulden ǁ gereeckent, in goede gevalueerde ende gepermitteerde munte, ende sulcx onder interesse ǁ tegens vier gulden thien stuijvers ten hondert int jaer, bijden voorschreven crediteur ǁ sijnen oiren ende naercoomelingen vande borgemeesters ofte collecteurs van soodanige penningen ofte ǁ natuijre waer uijt dese voorschreven jaerlijcxe interesse moet of ende behoort gevonden te worden, jaerlijcx ǁ vrij van alle lasten te innen ende te ontfangen, ende voorden eersten termijn ofte verschijndage opten ǁ seven en twintichsten meert vanden jare XVIC drij ende tseventich, welcke borgemeesters ofte collecǁteurs daer toe behoorlijcken ontfangh door de regeerders sullen werden gegeven, die hun uijtgeven ǁ daer op pertinentelijck sullen moeten maecken, ende alsoo aenden voornoemden crediteur den voorschreven ǁ jaerlijcxen interesse precijse opten verschijndage sullen moeten voldoen, ofte bij weijgeringeǁ gebreecke, ofte nalaticheijt vandijen, dat den voornoemde crediteur sal vermogen soodanige ǁ gebreeckelijcke ofte weijgerachtige borgemeesters ofte collecteur door de vorsters alhier ǁ paratelijck ende reelijck laeten executeeren, sonder daertoe eenich ander vonnisse ofte recht ǁ van nooden te hebben, ofte te versoecken, ende sullen de costen van executie dienthalven soo nieu ǁ te rijsen coomen tot particulieren laste van soodanige borgemeesters ofte collecteurs ǁ die in gebreecke van betalinge sullen blijven, welcke opgemelte somme van ses hondert ǁ guldens den voornoemden crediteur sijnen oiren ende naercoomelingen door de regeerders ǁ van Hilvarenbeeck, ofte den selver gecommitteerden, t'allen tijde met expiratie vanden ǁ jare wederom sullen worden gerestitueert ende voldaen, soo wanneer den crediteur ǁ dat begeeren sal, mette verloopen vandijen, inne munte alsboven, gelijck oock de reǁgeerders deselve penningen altijt met expiratie vanden jare sullen mogen quijten metten ǁ verloopen interesse alsvoor, salvo dat parthijen maelkanderen sulcx drij maenden van te ǁ vooren sullen moeten opseggen, verbindende ende verobligeerende ten effecte van desen ǁ
soo uijt crachte vande opgemelte procuratie, als gemelte opene brieven van octroeije,ǁ het gemeijne corpus van Hilvarenbeeck, sonder arch ofte list, Gegeven onder onsen ǁ gemeijenen schependoms segel, int jaer ons heeren XVIc twee ende tseventich, den seven en ǁ twintichsten meertij,ǁ R Pannekoeck ǁ Nota, dat medt dese voorschreven somme van ses hondert gulden, op hodie is gelost ǁ aen Adriaen van Trier, gelijcke somme van ses hondert gulden, die deselve op ǁ de gemeijnte van Hilvarenbeeck was hebbende ǁ

 

In margine:
27 maart 1672 ǁ Hilvarenbeek ǁ 600-0-0 ǁ Nummer 7 ǁ recept 20/3 26 ǁ [***] ǁ

 

In dorso:
Jacob Jan Sebrecht competeert ǁ in desen schultbrief de somme ǁ van vijfhondert gulden twee ǁ verscheijde transporten de eene in dato ǁ den 30 januarij 1688, ter somme van ǁ 340 gulden ende de andere in dato den ǁ 13 november 1691 ter somme van 160 gulden ǁ uijtmaeckende de voorschreven somme ǁ van vijff hondert gulden desen 13 november ǁ 1691 ǁ

Ick ondergeschreven als last hebbede van mijn moeder Anna Schrebres weduwe Dirck ǁ vander Veken houteerse van dese brif haer aen gekomen bij tranport voor schepen ǁ van Hilvarenbecq den eenenttwintighsten agusti sueventienhondert dertien ǁ bekenne dat den inhoude van dieen met alle de verlopen intreste van dieen ǁ tot dato deses sijn voldaen en betaeldt wegens de regente van Hilverbecq ǁ consentere over sulckx dat dese ten prottekolle sal worden gekassert ǁ Actom den 20 janwari sueventien hondert dertigh ǁ Anthonij vander Veken ǁ

Het capitael deser b[rie]ff aen d'ander sijde ǁ vermelt bij reste ter somme van vijff hondert ǁ guldens, is door mij secretaris ingevolge vanden ǁ nevenstaende quitantie van Anthonij vander ǁ Veecken, ten prothocolle gecasseert met ǁ den vervallen interesse van dien heden ǁ den 24e meij 1730 ǁ G Timmers ǁ 1730 ǁ

Peter Sebrechts ǁ den 27e januarij 1672 ǁ Aert Peter Aertsen ǁ den 27 meert 1672 ǁ