Raamsdonk

Compareerde voor Schout en Schepenen van Raamsdonk Dingena ǁ xde Geus, weduwe Jan van Dongen, dewelke verklaarde verkocht te hebben ǁ en als nu met een vrije gifte, zoo en gelijk recht is, over te geeven, aan en ten ǁ behoeven van den Grooten of Heilige Geest armen alhier. Een stukje hooi of weiland ǁ genaamd de Bank gelegen alhier in den Oostpolder, groot ruim vijf hondt ǁ belend ten oosten Cornelis vd Kaa cum suis , west het dorp van Raamsdonk, zuiden ǁ Adriaan Holster noorden de Oude Kom, zijnde belast in de verponding met ǁ zeven penningen in ydre bede voorts vrij preter 's Heeren Chijns, en zulks met ǁ alle zoodanige wegen, dijken, steegen, schouwen en laayen als het zelve hebbende ǁ of onderworpen is. ǁ En verklaarde de Comparante bij deeze de kooppenningen groot te weezen ǁ eene somme van zevenhonderd vijftig Guldens tot twintig stuivers het stuk ǁ welke zij op het Transport deezes uit handen van schout en schepenen ǁ ontvangen hebbende, zij alzoo verklaarde van voorsz. koop voldaan en ǁ betaald te zijn den eersten penning met den laatsten , beloovende ons ǁ het getransporteerde te zullen vrijen en waaren van alle verhoolen kommer ǁ calange en aantaal tot ultimo december 1790, waar tegen zij verkoopersse ǁ de loopende huur van den Jaare 1790 blijft behouden. ǁ Actum ten Raadhuize van Raamsdonk den 5 Juny 1790 ter presentie en ǁ overstaan van den WelEdele Heere Schout Jacob Dorrenboom, en B. Holster ǁ schepenen, welke deeze behoorlijk ten registre hebben ondertekend en ǁ met dorps zegel doen bekrachtigen ǁ In kennisse van mij ǁ L.C. Paling, Secretaris ǁ

In margine:

Geraerts ǁ kooppenning  f 750: - : - ǁ 80^e penning f9 : 7 : 8 ǁ 10^e  verhoging - : 18 : 12 ǁ f 10 : 6 : 4 ǁ solvit ǁ