Hilvarenbeek

Wij Peter Bruirs, Dirck van Laerhoven, Peter Blauwens, Niclaes ǁ Daniels, ende Niclaes Beersmans. schepenen Hendrick van Diessen Cornelis ǁ [va]n Haren geswoorenen. Peter vanden Kieboom, Adriaen Vingerhoets, Gerrit Pasmans ǁ [Mic]hiel van de Sande Jan Peter Maes: beede ende commersetters, mitsgaders ǁ [W]illem van Tilborgh kerck ende heilige geestmeester alle respectievelijk representerende het ǁ gemeijne corpus van hilvarenbeek bekennen ende lijden mits desen tot behoeve onser ǁ gemeijne ondergenomen te hebben van Josijntien, weduwe Adriaen Willems de With ǁ eene somme van drie hondert carolus guldens: gelovende daer van geduerende het ǁ onderhout der capitaele somme interesse te betaelen tegens vier gulden)vijff stuivers ǁ
ten hondert. alle jaer precies op den vervaldagh. dato deses over een jaer te ǁ betaelen, los ende vrij gelt van alle commer en van lasten: etc . ende in cas van langer ǁ onderhout inden interesse alsvoor te blijven continueren: ende sullende het quijten deser ǁ penningen te vooren drie maenden moeten werden opgeseght; waer vooren wij regenten ǁ verschreven ende ten register resolutie ondertekend hebben verbonden ende verobligeert onse respectievelijke persoons ende goeǁ
deren hebbende ende vercrijgende sulcx ider een voor al ende in solidum als schuldenaers principael ǁ mitsgaders het gemeijne corpus van hilvarenbeek laeten ons tot voldoeninge voorschreven voor alle heeren hooven ǁ ende gerichten: mits desen voluntairen condemneren: constituerende dienshalven alle thoonderen deses om soodanige voluntaire condemnatie ter laste van ons te versoecken ende oblineren ǁ voor soodanigh hof ende gerighte. als de creditriere gelieven sal. alles sonder argh ofte ǁ list. Hebbende onse gemeijnen schependoms zegel hier onder aen dees hangen Gegeven ǁ int jaer ons heeren duijsent ses hondert vijff ende t negentigh op den donder dagh ǁ der maent martij.ǁ P. Timmers. ǁ 1695

Dorsale aantekening:
300 - 0  0 ǁ Hilvarenbeek nummer.iii ǁ register den 27 december  1729 ǁ op heden den ǁ seven en twintigste maart ǁ 1700 een en seventig is ǁ dese obligatie van ǁ drie hondert guldens ǁ behoorlijk ten prothocolle ǁ gecasseert door ǁ Adriana de Wit ǁ haar aan gekomen ǁ Willems de With ten laste ǁ bij versterff. ǁ quot attestor ǁ 300 gulden opde gecalqute ǁ J Van Der Burgh ǁ secretaris ǁ constitutie ofte obligatie ǁ voor Josijntien weduwe Adriaen ǁ van gemijnten van ǁ van be[***] ǁ 3 maert 1695