's-Hertogenbosch

Den Raedt van State der vereenighde Nederlanden ǁ Allen den geenen, die desen sullen ofte hooren lesen saluijt, doen te weeten, Alsoo de schepenen, geswoorens, beedesetters, kerck- ende heijlige geestmeesters, mitsgaders gecommitteerden, uijt de respectivelijcke ǁ gehuchten der vrijheijt van Hilvarenbeeck gelegen int quartier van Oisterwijck, meijerie van s'Hertogenbosch, aen ons bij reglemente hebben te kennen gegeven, dat de gemeente van ǁ Hilverenbeeck voors. is belast, met een somme van tusschen de thien ende elff duijsent gulden capitaels, die sij luijden van tijt tot tijt hebben moeten negotieren ende oplichten om heure ǁ comptoir lasten, ende andere quade toevallen te voldoen, waer van sij luijden den jaerlijckse interesse moeten betalen, ende heure particuliere persoonen ende goederen daer voor verbinden ende ǁ verobligeren, boven ende behalven noch andere merkelijcke schulden meer, die de ingesetenen der voors. vrijheijt int particulier hebben moeten contracteren, ende daervan seer sware ǁ interessen betalen, waer van de capitale penningen inden jare 1658 quamen te monteren ter somme van hondert acht en vijftigh duijsent tweehondert eenentwintigh gulden ǁ volgens den lijste doenmaels aende regeerders overgebraght met eede versterckt, als te sien was uijt de acte in dato den 26 januarij des voors. jaers 1658, ter secretarije der voors. ǁ vrijheijt ende dorpe van Hilvarenbeeck geregistreert, welcke voors. belastingen vande ingesetenen int particulier 't sedert niet alleen niet en waren vermindert, maer noch ǁ merckelijck meer ende meer verswaert en vermeerdert, ende alsoo de supplianten beduchten dat de voors. gemeente vande crediteuren 't seffens mochte werden overvallen, als en willende ǁ niet langer patienteren, sonder te hebben meerder versekeringe, dat ook de supplianten geen penningen meer op haer particulier credit souden connen negotieren, soo keeren ǁ sij haer tot ons, seer dienstigh versoeckende ten eijnde wij hun wilden vergunnen octroij om tot laste vande voors. gemeente te mogen nogotieren onder behoorlijcke interesse ǁ de somme van thien duijsent gulden, ende het gemeene corpus daer voor verbinden, op dat sij luijden niet 't seffens buijten boort en wierden geworpen. Soo ist dat ǁ wij alvooren opt gunt voors. is ons hebbende doen informeren door de heeren onse gedeputeerden in loco, ende genegen sijnde ter intentie vande supplianten goet gevonden hebben ǁ aen deselven te accorderen ende te octroijeren, gelijck wij accorderen ende octroijeren mits desen, omme tot laste vande gemeente voornoemt te mogen negotieren op behoorlijcke interest de somme van thien duijsent gulden, ende het gemeene corpus daer voor te verbinden, omme daermede aff te lossen de capitalen bijde supplianten hier bevorens ǁ genegoteert, des dat de voors. afflossinge sal moeten geeffectueert sijn binnen den tijt van thien jaren consequutivelijck naer date deses, ende dat de supplianten haer gedragen ǁ naer seecker reglement opt voors. subject heden dien aengaende gearresteert, lastende ende ordonnerende allen ende eenijder die dit aengaen magh de supplianten het ǁ effect van desen onsen octroije te laten onverhinderlijck ende sonder eenige de minste oppositie gemeten, ende in tegendeel van dien des versocht sijnde, alle hulp ende ǁ bijstant te bewijsen, aldus gedaen den achtsten februarij XVI^c negen en sestigh ǁ Van Vrijberghe ǁ ter ordonnantie van den Raedt van State ǁ J. van Slingelandt ǁ dese bovenstaende acte van octroij is ter griffie vanden ǁ leen ende tollcaemer der stadt ende quartiere ǁ van s'Hartogenbossche geregistreert op heden ǁ den 26 april 1669 ǁ in absentie vanden griffier ǁ Copes

Dorsale aantekening:
f. 10.000,- ǁ octroij tot het opneemen ǁ van penningen den 8e ǁ februarij 1669