Overslaan en naar de inhoud gaan
Documentnummer 1428-228, laatst bijgewerkt op 3 april 2023, periode 1621

10 juli 1621

Vindplaats van het origineel

Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1428, Charterverzameling Tilburg (en Goirle, Berkel-Enschot en Udenhout), inv.nr. 228

Samenvatting oorkondetekst

Akte van verkoop, gepasseerd voor schepenen van ’s-Hertogenbosch, door Laureijns, zoon van wijlen Gerart Jansz. te Tilburg, aan Pauwels Moins, zoon van wijlen Marten Moins, in zijn leven raadsheer te ’s-Hertogenbosch, als voogd van drie minderjarige kinderen van mr. Jan Schenckels en zijn overleden vrouw Elisabeth, dochter van genoemde Marten Moins, van een jaarlijkse erfcijns van vier karolus gulden uit de helft van huis, erf, hof, schuur, turfschop, erven en gronden, gelegen aende Horevoirt te Tilburg.

Transcriptie

Laureijns sone wijlen Gerarts Jansz. wonende tot Tilborch heeft wittelick ende erffelick vercoft ende vercoopt ǁ mits desen Pauwelssen Moins sone wijlen meester Martens Moins raidsheere in sijnen leven deser stadt, als ǁ momboir vande drije ommundige kijnderen meester Jans Schenckels verwect bij wijlen Elisabeth zijne huijsvrouwe ǁ dochtere des voorschreven wijlen meester Martens Moins tot behoeff vanden selven ommundigen, eenen ǁ jaerlicken ende erffelicken chijns van vier carolus gulden ende twee stuijvers elcken gulden tot twentich ǁ stuvers goets gancbaer gelts gerekent te betalen alle jaer erffelijck inden hoochtijde van Sinte Marie Magdalenen ǁ dach Ende voer den iersten termijn van betalinge vanden hoochtijde van Sinte Marie Magdalene toecomende over een ǁ jaer ende binnen deser stadt van Shertoigenbossche vrij van alle beden ons heeren des hertoge exactien subventien vijffste ǁ thiende twintichste meerdere ende mindere penningen commeren schattingen ende lasten gewoonlijcke ongewoonlijcke ǁ ordinarisse extraordinarisse innegestelt ende noch namaels ter avontueren ingestelt te wordden egeen uutgescheijden ǁ vrij te leveren van ende uut deen hellichte den voorschreven vercoopere toebehoorende soo hij seede in huijs erve hoff schuere ǁ torffschop met hennen gronden ende erffenissen daeraen liggende ende toebehoorende gelegen onder de parochie ende heerlijckheijt ǁ van Tilborch ende groot int geheel twintich lopensaten lants ter plaetssen geheijten aende Horevoirt tusschen erffenisse ǁ Dionijs sone Joost Jansz. Taijt, Jans sone Goijarts Adriaenss ende Jans sone Gerarts Cornelis Colen aen deen sijde ǁ ende tussen erffenisse vanden kijnderen Gerarts sone Jans Martens aen dander zijde streckende vanden erve des voors. ǁ Dionijs ende erffenisse des voorschreven Jans Goijarts Adriaenss tot aende gemeijn strate aldaer soo hij verclaerden ǁ vanden selven ommundigen kijnderen metten erffrecht te hebbene, ende te besittene ende heeft die voors. vercoopere ǁ den voorn. chijns den voors. Pauwels Moins tot behoeff vande voorschreven ommundigen opgedragen heeft daerop vertegen helmelinge in ǁ manieren inne dijen gewoonlijcken zijnde, Gelovende die voorschreven vercoopere als schuldenaer principael onder ǁ verbant van sijnen persoon ende alle zijne goedens hebbende ende vercrijgende dat hij den voorschreven ommundigen ǁ kijnderen vanden voorschreven chijns schuldige ende gerechte sal doen warantschappe ende dat hij allen anderen ǁ commer calaingie ende aentael int voorschreven onderpant wesende ofte comende den selven ommundigen aff ǁ sal doen geheelijcken uutgenomen drije stuvers grontchijns aenden heere van Tilborch ende eenen pacht van dertien ǁ ende een halff lopen roggen soo aenden pastoir der kercke tot Goorle als aenden rectoir van onser liever vrouwen ǁ altaer inde kercke tot Tilborch respective ierst jaerlicx ende van rechts wegen uut de voorschreven geheele ǁ erffenissen te vergelden staende gelijck hij seeghde, ende dat hij tvoorschreven onderpant voorde betalinghe ǁ des voorschreven chijns den voorschreven ommundigen jaerlijcx daer dat soo voorschreven staet te vergeldene ǁ altijt  goet genoech ende weldoegende sal maecken ende houden, Met conditie hier inne toegedaen dat de ǁ voorschreven vercoopere desen voorschreven chijns sal mogen lossen ende qwijten tsamen ende ten eenenmale ǁ metter somme van tsestich carolus gulden tot twintich stuufers, in goeden permissie gelde bij placcate ǁ gepermitteert, elcken gulden gerekent Ende mittten jaerchijns ende achterstellen die ten tijde deser lossinge ǁ daervan ten achteren ende onbetailt sullen staen, Behoudelick nochtans dat de voorschreven vercoopere ǁ schuldich ende verbonden sal wesen den loss een halff te vorens wittelick te vercondigen ende op te seggen ǁ Getuijgen waren hierover schepenen inne Shertoigenbossche Aernt van Broechoven ende Michiel ǁ de Borchgreve, gegeven den thiensten dach der maent van julio int jaer ons heeren duijsent ǁ sesshondert eenendetwintich.