Breda

Wij Willem Carel, Hendrick Friso, bij der gratie Gods prince van Orange ende Nassau ǁ graef van Catzenelnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Buuren en Leerdam, Marquis van Veere en Vlissingen, Heer en Baron van Breda, Beilsteijn, der stad Grave en ǁ Lande van Cuyck, Liesveld, Diest, Grimbergen, Herstal, Cranendonck, Warneton, Arlaij, Noseroij, St.Vith, Daasburg, Polanen, Willemstad, Niervaert, Isselsteijn, Bredevoort,ǁ Steenbergen, St. Maertensdyck, Geertruydenberg, Turnhout, Seevenbergen, de Hooge en Lage Swaluwen, Naaltwyk, Heer van Ameland, Erfburggraaf van Antwerpen en Besancon,ǁ Erfmarschalk van Holland, Stadhouder, Capiteyn en Admiraal Generaal van Gelderland en het Graafschap Zutphen, Erfstadhouder en Capiteyn Generaal van Vriesland, Stadhouder ǁ en Capitain Generaal van Groningen, de Ommelanden en van het Lantschap Drenthe, Mitsgaders Ridder van de Kousseband. Allen den geenen die deze zullen zien, ofte hooren leezen, Salut,ǁ doen te weeten, dat wij ontfangen hebben de de oodmoedige supplicatie van den schout scheepenen ende regeerders van onze dorpe en vrijheid Oosterhout, in de Baronnie van Breda, houdende ǁ dat sij supplianten tot voorstand en gerief van onze goede ingezetenen geerne aldaar s' jaars eenige vrije magere en vette beeste marckten, alsmede een paarde markt wilden doen opregten ǁ en houden, soo als niet alleen in andere onse dorpen en plaatsen in de gemelte Baronnie maar ook doorgaans alomme in de dorpen van de Generaliteit wierde gepractiseert, maar dat ǁ sij sulks niet konden nog vermogten te doen, sonder ons speciaal consent en octrooij, dat sij derhalven versogten, dat het ons gelieven mogte haar daar toe te verleenen onse behoorlijke ǁ Brieven van octroy, Soo ist dat wij genegen wesende ter beede van de supplianten en het versoek naa ingenomen advis van die van onsen Rade ende Reeken(inge)n overwogen hebbende aan deselve hebben geconsenǁteert, geaccordeert, ende geoctroyeert, gelijk wij hun consenteren, accorderen en octroyeren bij desen dat sy luyden binnen onsen voors. Dorpe ende Vrijheid van Oosterhout voortaan mogen doen leggen en ǁ houden drie jaarlijkse beeste en een paardemarkt te weeten op den 23^en van de maant april een magere beestemarkt op den 1^en steptember een paardemarkt en op den 2^en en 3^en vrijdag in de ǁ maand van november twee vette beesten markten of op soodanige andere dagen in de ǁ voors. maanden als daartoe geoordeelt werden best te convenieren, mits dat deselve niet concurreren met de geene, op dewelke de andere ǁ dorpen in onse voors. Baronnie haare vrije markten zijn houdende, ende niet en komen te vallen op sondagen ende aldaar te merkt brengen beesten , paerden, waeren en coopmanschappen, soo ende gelijk een yder ǁ gelieven zal seekerlijk ende vrijelijk sonder dat sij gedurende dien tijt nog in haar personen, nog goederen of coopmanschappen sullen mogen gepraamt, gevangen, gearresteert, of in eenigen manieren gemolesteert worden, ter saeke ǁ van hunne schulden, behoudelijk nogtans voor de penningen of schulden van onse domeijnen, ende schulden of andere oorsaeken op de voors. merkt daegen gemaekt, ende voorvallende en dat sij supplianten gehouden zullen ǁ zijn jaarlijks tot eene recognitie te betaelen in handen van onsen Rentmeester der Domeynen aldaar, die daarvan in sijne respectivelijk Reekenningen t'onsen profijte zal hebben te verantwoorden, de somme van aghtien Caroli guldens, waarvan het ǁ eerste jaar verschijnen sal met den laesten december 1736 ende soo vervolgens van jaar tot jaar, ende tot verseekerheit van dien, behoorlijke brieven doen verbiden, en in handen van onse voors. Rentmeester te leeveren, 't welk gedaan zijnde ǁ ontbieden en beveelen wij den drossaard en magistraat van onse stad Breda, mitsgaders allen anderen schouteten, officieren, justicieren, magistraten en gemeene ingesetenen van onse gemeene Stad en Baronie van Breda ǁ dat sij de voornoemde supplianten het effect deses rustelijk, vreedelijk en volkomentlijk doen en laeten genieten, sonder daartegens ietswes ter contrarie te doen, en laeten geschieden in eniger manieren; Ende dit alles bij provisie ǁ en't onsen wederroepen; Gegeven onder onsen naam ende groot zeegel op't Loo den 28. october 1735. ǁ WCH Prince D'Orange ǁ Octroy voor die van Oosterhout tot het houden van drie jaarlijkse beesten en paerden marckt ǁ

Op de pliek:

Terordonnantie van ZijnerHoogheid

In dorso:
Octroij van drie Beesten en een ǁ Paarde marckt jaarlijkx,ǁ 28^e October 1735 ǁ XXI ǁ 1735 Oct. 28.ǁ