Raamsdonk

Wij Simon van Son Schout, Jan Jochums Timmerman en Pieter van ǁ Raamsdonk, Schepenen ende Heemraden der ambagtsheerlijkheijt van Raamsdonk oirconde ǁ ende kennen dat voor ons gekomen en gecompareert is, Jan de Vries woonende alhier, den ǁ welke verclaerde verkogt te hebben, ende dien volgende als nu met een vrije gifte over te ǁ geven als regt is aen ende ten behoeve van Dielis van Dongen, woonende mede alhier, een ǁ halff huijs, hoff ende erve, staende ende gelegen opt Veer alhier, gemeen en onverdeelt met ǁ Mattijs Nobel, belent ten oosten Andries Commere, west Joost van de Made, zuijden ǁ en noorden Pieter van Raamsdonk, zijnde los en vrij uijtgesondert elff stuijvers agt ǁ penningen verpondinge opt halve huijs, ende zijnen geregtigen Heeren Chijns. Ende ǁ voorts met soodanige dijke,wegen, stegen, schouwen, laijen, ende andere nabuure regten ǁ als het selve halve huijs, hoff, en erve hebbende, ofte subject is. Ende bekende den transportant ǁ vanden coop en overgifte deser, met de somme van drie hondert gulden in contant gelt, ǁ voldaen en betaelt te zijn, den laesten met den eersten penningh. Belovende den transportant ǁ ondert verbant als na regten, ’t voorsz. getransporteerde halff huijs, hoff, en erve, altoos ǁ tot heden toe te zullen vrijen en waren, van alle verhole commer, calange en aentael, als ǁ namaels bevonden mogte werden daer op te staen. Actum dezen 29^e December XVII ^C ǁ vierendertigh. In teeken der waerheijt hebben Schout en Schepenen dese met Dorps Zegel ǁ laten bezegelen en bekragtigen hier onder uijthangende. ǁ In kennisse van mij ǁ T. Hoevenaar secretaris ǁ den 40^e Penningh bedraegt - 7 : 10 : 0 ǁ de 10^e Verhooginging - 0 : 15 : 0 ǁ solvit 8 : 5 : 0 ǁ