Raamsdonk

Wij Simon van Son schout, Jan Jochumse Timmerman en Peeter knaap, ǁ schepenen ende heemraden der Ambagts Heerlijkheijt van Raemsdonk, oirconde ende kennen ǁ dat voor ons gekomen en gecompareert sijn, Gerrit ende Andries van Gerwen, als erffgenamen ǁ van wijlen hunnen Broeder willem van Gerwen, dewelke verklaerde na voorgaende publique ǁ verkoopinge, als nu met een vrije gifte over te geven als regt is, aen Johannis Dorrenboom ǁ regerende arm-meester alhier, ende Zulcx ten behoeve vanden H.Geest armen van Raemsdonk, ǁ een huijske en erve, staende ende gelegen bij de nieuwe have alhier, komende oost Meeus van ǁ Dongen, west dorps erff, zuijden den halven sloot tegens 't landt vande weduwe Wouter Zijlmans, ǁ en noorden Andries van Gerwen voornoemt:, zijnde vrij en onbelast preter s'Heeren chijns, voorts ǁ met zoodanige dijke wegen, stegen, schouwe laijen, ende andere nabuure regten als t zelve ǁ huijske en erve hebbende ofte Subject is, Ende bekende de Comparante vanden Coop en overgifte ǁ dezer met de somme van een hondert negenenvijftigh Gulden in contant gelt voldaen te zijn, ǁ gelovende de transportanten ondert verbant als na regten, ’t voorsz. getransporteerde huijske en ǁ erve te zullen vrijen en waren, van alle verhole commer, calange, ende aentael als naǁmaels bevonden mogte werden daer op te staen Actum dezen 30^e december XVII eenenveertig ǁ In teeken der waerheijt hebben schout en schepenen deze met dorps zegel laten bezegelen ǁ en bekragtigen hier onder uijthangende. ǁ In kennisse van mij ǁ Den LXXX^ste  Penningen bedraegt alzoo den Hoevenaer secretaris ǁ armen voor de helft vrij is f 1:19:12 ǁ X^de Verhooginge 0: 9:0 ǁ Solvit f 2: 3:12 ǁ

In dorso:

Giftbrieff ǁ voor ǁ den Heilige Geest armen van ǁ Raemsdonck ǁ 1741 ǁ