Geertruidenberg

Wij Willem Jacobs z. van Voorburch ende IJsaac Lambrechts z. vander Wel schepenen ǁ in Delft, oirconden dat voor ons gecomen ende gecompareert is, Michiel Willems z. ǁ Swaert burger deser stadt, ende bekende soo wel voor hem als sijnen erven ende naeǁcomelingen wel ende wettelicken getransporteert gecedeert ende overgedragen ǁ te hebben transporteert cedeert ende draecht op mits desen aen ende ten behouve van ǁ Balten Maes wonende tot Geetruijdenberge soo danich recht ende actie als ǁ hem comparant eenichsints is competerende wt crachte van seeckere vercopinge ǁ tot een halff huijs ende erve staende tegen over de kerck Tooren aen de ǁ kerck rooster tot Geertruijdenberge, gecomen van Willem Mees z. ǁ bij decreete voor den gerechte van Geertruijdenberge opten sesten ǁ februarij XV hondert vijff ende tnegentich gecocht ende voorts mede sodanich recht ǁ als hem mede wt crachte vant verlij ten selven daege bij Jacques de ǁ Bode aldaer ten proffijte van hem comparant gedaen es toecomende mitsgaders ǁ oock alsulck vorder recht als bij hem comparant wt crachte vande renunciatie ǁ bij den selven Jacques geslaen opten XX en martij XV hondert acht ende tnegentich ǁ mede es competerende omme bij de voors. Balten Maes mittet selve huijs ǁ voorts gedaen te werden als hem goet duncken zal, Bekennende ǁ ter saecke deser overgifte voldaen ende betaelt te wesen den lesten ǁ penning mitten eersten, Alles sonder fraude des toirconden hebben wij ǁ Schepenen voornoemt elx ons segel hijer onder aengehangen, Gedaen den ǁ vijffden November XV hondert negen ende tnegentich. ǁ J. Andries z.  ǁ 1599 ǁ