Overslaan en naar de inhoud gaan
Documentnummer 1431-039, laatst bijgewerkt op 3 april 2023, periode 1703

21 november 1703

Vindplaats van het origineel

Regionaal Archief Tilburg, toegangsnummer 1431, Charterverzameling Hilvarenbeek (en Diessen), inv. nr. 39.

Samenvatting oorkondetekst

Schuldbekentenis door schepenen en corpus van Hilvarenbeek aan Pieter Timmers van een som van 1500 carolus gulden.

Transcriptie

Wij Jacobus Coenraets Mosst, Gijsbert drossaert, Peter van Andel, meester Andreas van Trier ǁ
Hendrick van Diessen, ende Christaen de Vries schepenen, Jan Sweens, Adriaen Vingerhoets, Michiel Mertens ǁ van de Sande, Peter van Ubelen, ende Hendrick Bartholomeus Timmermans geswoorene, Jan Claes van der Velde ǁ Jan Laureijs Wustenburgh, Hendrick Corstiaen Huijberts, Peter van Dommelen, Leendert Jan Joordens, ende Jan van ǁ Loon geswooren setters, mitsgaders Willem van Tilborgh kerckmeester, alle alsoo representerende het gemeijne ǁ corpus van Hilvarenbeecq, bekennen ende lijden mits desen, wel ende deugdelijck schuldich te wesen, aen ǁ ende ten behoeve van Pieter Timmers secretaris deser vrijheijt ende dinghbancke van Hilvarenbeecq, eene somme ǁ van vijftien hondert carolus guldens, tot 20 stuijvers stuck, spruijtende ter saecke van goede geleende, ende ten dancke ǁ aengetelde penningen, den eersten metten lesten penningen ten dancke ontfangen ende ondergedaen, ten behoeve deses ǁ corpus van Hilvarenbeecq, waer mede geschoten is gelijcke somme van vijftien hondert guldens capitael aen d'heer ǁ Gerardus Le Court borger ende brouwer tot Breda, als testamentaire voight van sijne kinderen, verweckt bij ǁ wijlen juffrouw Maria de Roij, volgens den tetstamente, ofte codicillaire dispositie daer van sijnde gepasseert ǁ voor den notaris Adriaen van Geel en seeckere getuijgen tot Hooghstraeten wesende van dato den 12 decembris 1692 ǁ als andere dispositien in desen gebleecken, ende sijnde de brief van gelijcke somme daer van verleden bij de samentǁijcke regenten deses corpus in dato den 16 april 1675 sijnde tot deses permissie ende authorisatie van haer hoogh mogende de ǁ heeren Staaten Generaal volgens resolutie van dato den elfden meert 1700, als mede bekent makinge ten comptoire vande ǁ domeijnen naer inhoude van opgemelte haer hoogh mogende resolutie, gelovende daer van geduerende t'onderhout, der voors. capitale ǁ somme interesse te betaelen, tegens vier gulden van hondert, int jaer, los ende vrij gelt, van alle impotitien ǁ haedanigh, ende van wat natuere, deselve oock soude mogen wesen, geene althoos uijtgesondert, waer van den interesse ǁ jaerlijcx sal vervallen opden 18 april, ende eerstmael op den 18 april XVII hondert viers, ende soo voorts, van jaer ǁ tot jaer, geduerende t'onderhout der voors. capitaele somme van een duijsent vijff hondert guldens, ende daer inne alsoo ǁ jaerlijcx te continueren, ende soo wanneer den crediteur [***] te sijne actie hebbende, sal believen dese voornoemde capitaele ǁ penningen, wederom te hebben, ofte wel dat de regeerders m[***]te goetvinden, de selve eerder te schieten, dan die geeijkt ǁ worden, sullen parthijen sulcx malcanderen drie m[aend]en voor den vervaldagh moeten opseggen, als wanneer ǁ het capitael, met alle verlopen van dien, al ende [geh]eel, sal moeten werden voldaen, ende betaelt voor de volǁdoeninge als voor, wij ondergeteeckende regenten van [Hi]lvarenbeecq, onverscheijden, ende ider een, voor al, ende ǁ in solidum als schuldenaers principael, hebben verb[onden], onse persoonen ende goederen, hebbende ende vercrijgende ǁ als mede het gemeijne corpus van Hilvarenbee[cq al]les onder voluntaire condemnatie, parate, ende reele ǁ executie alle sonder contradictie, appellatie, ofte o[***], van eenigh reght daer tegens te doen, te laeten geschieden ǁ namptisatie sij eerst ende voor al geschiet, a[lles son]der argh ofte list. Actum den een ende twintighsten ǁ november XVII hondert drie, met signatu[re van] de voorschreven regenten ten registre van resolutien folio 143 verso ǁ [***] president ǁ

 

In margine:
H van der Sith ǁ

 

In dorso:
Hilvarenbeek ǁ Numero 124 ǁ Reqta 13 septembris 1725 ǁ [***] ǁ De ondergeteekende kindt van wijlen Peter ǁ [.]eijten soo voor haar, als meede ǁ voor haer absente broer, en suster [***] ǁ nen bij desen, uijt hande van den ǁ regenten van Hilvarenbeek ontǁfangen te hebben de [***] ǁ somme van vijfftien hondert [***] ǁ [***] vader [***] ǁ en toebehoort alhier dato 2 februarij 1750 ǁ [***] ende derhalve [***] ǁ Rente brieff rente ǁ 1500 [***] capitaels opt ǁ corpus van Hilvarenbeecq ǁ vervalt 18 april ǁ in dato II novembris 1702 ǁ Dese brieff is ter secretarije ǁ van Hilvarenbeecq behoorlijck ǁ gecasseert, desen drieentwinǁtigste maert 1700C agtenvijfftich ǁ qoud attestor ǁ De negotiatie dese ten comptoire der ǁ domeijnen van Brabant binnen s Hertogenbosch ǁ geregistreert desen 23e november XVIIC ǁ en drie ǁ quod attestor ǁ [***] ǁ